apparaten voor centrale veneuze toegang (Cvad ‘s) en perifeer ingevoegde Centrale katheters (PICC’ s) voor volwassenen en pediatrische patiënten: A Review of Clinical effectivity and Safety [Internet]
Central venous access devices (Cvad ‘s) of central venous katheters (CVC’ s) zijn hulpmiddelen die via een ader in het lichaam worden ingebracht om de toediening van vloeistoffen, bloedproducten, medicatie en andere therapieën aan de bloedbaan mogelijk te maken. CVADs kan worden ingebracht in de subclavia of halsader (geïmplanteerde poorten, tunneled katheters), of kan worden ingebracht in een van de perifere aderen van de bovenste extremiteiten, genaamd periferaal ingevoegde centrale katheters (PICCs).
hoewel CVADs over het algemeen veilig zijn, kunnen ze geassocieerd worden met complicaties zoals katheterocclusie of-ruptuur, veneuze trombose en bloedstroominfectie. Een aantal strategieën zijn gebruikt om het voorkomen van CVAD – en PICC-geassocieerde complicaties zoals antimicrobial-geïmpregneerde lijnen voor preventie van besmetting te minimaliseren, of toevoeging van een klep (valved katheters) om occlusie te verhinderen door terugvloeiing van bloed in de katheter te verhinderen. Het spoelen van de katheters met zoutoplossing of heparine – een middel met antistollingsactiviteit – is gebruikt om de vorming van stolsels en occlusie van de katheters te verminderen.
dit Rapid Response rapport is een update van de vorige CADTH rapporten die geen verschil vonden in termen van frequentie van occlusie bij patiënten die een valved versus een niet-valved PICC ’s hadden, en een vergelijkbare doorgankelijkheid tussen heparine en zoutoplossing gebruik voor CVC’ s. Dit rapport is bedoeld om het bewijs van de klinische effectiviteit van valved versus niet-valved PICC ‘ s, en zoutoplossing versus heparine flushing in het behoud van CVADs doorgankelijkheid en vermindering van complicaties te herzien.