Strongs ’s #976: biblos-Grieks / Hebreeuwse definities-Bijbeltools
Strong ’s #976: biblos (uitgesproken als bib’-los)
correct, de binnenschors van de papyrusplant, d.w.z. (bij implicatie) een blad of rol van het schrijven:–book.
Grieks Lexicon van Thayer:
biblos
1) A written book, a roll, a scroll
Part of Speech: zelfstandig naamwoord onzijdig
relatie: primitive root
citeren in TDNT: 1:615, 106
gebruik:
dit woord wordt 14 keer gebruikt:
Matteüs 1: 1: “The book of the generation of Jesus Christ, the son of David, the son of Abraham.”
Marcus 12:26: “lees in het boek van Mozes, hoe in de”
Lucas 3:4: “want het is geschreven in het boek der woorden van Jesaja, de profeet,”
Lucas 20:42: “zelf zegt in het boek der Psalmen: De Heere heeft gezegd:”
Handelingen 1:20: “Want er staat geschreven in het boek der Psalmen: zijn woonstede worden”
Handelingen 7:42: “van de hemel; gelijk geschreven is in het boek”
Handelingen 7:42: “van de hemel; gelijk geschreven is in het boek”
Handelingen 19:19: “Many of them also which used curious arts brated their books together, and burn them before all”
Filippenzen 4: 3: “whose names are in the book of life.”
Openbaring 3: 5: “name out of the book of life, but I will belijdenis his”
Openbaring 13: 8: “written in the book of life of the Lamb slain”
Openbaring 20: 15: “written in the book of life was cast into the”
Openbaring 22: 19: “from the words of the book of this prophecy, God shall take away”
Openbaring 22:19: “his part out of the book of life, and out of the”